Ranjan is de voorzitter van onze lokale partnerorganisatie Uttarakhand Jan Jagriti Sansthan (UJJS). Onlangs besloot Wilde Ganzen om het nieuwste project van UJJS ‘Reviving Himalayan Springs and Seeds – focusing on Than and Bidon Villages’ te ondersteunen. We gaan dus wederom een mooie samenwerking aan. Wat gaat er nu als eerste gebeuren? Ik vroeg het aan Ranjan.

Wat zijn de eerste stappen in het nieuwe water en zadenproject?
We starten met het identificeren van boeren die een leidende rol willen spelen in het project. Het zullen vooral boerinnen zijn, want die zijn dag en nacht met landbouw bezig en weten er het meeste van. Tegelijkertijd brengen we in 15 dorpen in kaart welke zaden het sinds jaar en dag goed deden en die nu niet of nauwelijks meer worden gebruikt. In de grotere regio gaan we op zoek naar boeren die nog volop aan landbouw doen en (weer) gebruik maken van de sterke, traditionele
zaden.

Zijn die boeren makkelijk te vinden?
We kennen er een paar. Sommigen zitten in een ander district, best ver weg. Zo’n 100-150 kilometer rijden en afhankelijk van de wegconditie doe je er 4 of 5 uur over om er te komen. We gaan ook op zoek naar nieuwe contacten. Boeren die veel ervaring hebben met de traditionele zaden nodigen we uit om kennis over de zaden en teelt te delen. Ik heb ook contact met een groep professionals in Dehradun die zich richt op de promotie van traditionele zaden.

Over wat voor zaden hebben we het precies?
Het zijn zaden van gewassen die bestand zijn tegen veranderend klimaat en moeilijke weersomstandigheden. Denk aan zaden van gierst, linzen en bonen. We willen zaden promoten van gewassen die geteeld worden op ‘regen afhankelijke’ gronden. In dit gebied heb je door regen gevoede en irrigatielandbouw. Voor de eerste vorm heb je weinig externe inputs nodig. Beter voor de portemonnee en bodem. Het is eigenlijk per definitie biologische landbouw. Er wordt organische mest gebruikt.

Gaat het echt om hele andere gewassen dan die we vandaag zien?
Het gaat om andere variëteiten en het aanbrengen van meer variatie. De traditionele zaden zijn goed voor de gezondheid en passen in het bergklimaat. Ze kunnen tegen klimaatverandering en er is ook vraag naar op de markt. Nu ze verdwenen zijn, zijn mensen ernaar op zoek omdat ze inzien dat hun gezondheid beter was toen ze voedsel aten van deze zaden.

Waarom willen jullie het ruilen van zaden organiseren?
De uitwisseling van zaden is erg belangrijk voor de levenskracht en productiviteit van de zaden. Vroeger werden zaden naar broers en zussen gebracht en andere zaden weer meegenomen. Deze uitwisseling leidt tot sterkere planten en dus zaden en meer biodiversiteit. Je moet het zien als het tegenovergestelde van inteelt, je ziet dan verminderde vitaliteit en meer erfelijke gebreken.

Zijn er al zaadbanken of moeten die helemaal vanaf nul worden opgezet
We hebben hier in Samoon zaden die we ruilen, weggeven of verkopen. In de twee dorpen die centraal staan in het nieuwe project – Than en Bidon -moeten we de zaadbanken echt opstarten. Sommige boeren bewaren wel zaden, maar er is nog geen goed werkend systeem, ook niet om voor langere tijd een voorraad goed te houden.

Jullie gaan ook met water aan de slag. Waarom is dat tegelijkertijd belangrijk?
In veel dorpen is waterschaarste. Als er niet genoeg water is, dan gaat er veel tijd zitten in het organiseren van voldoende water voor alle basisbehoeften. Meestal komt het erop neer dat vrouwen en kinderen kilometers lopen per dag om water te halen. Als we dit kunnen verbeteren, is er meer tijd voor school, landbouw en bijkomen van het fysiek harde werk. Mannen zijn overdag vaak uit het dorp om te werken (of werk te zoeken).

Interview UJJS-voorzitter Ranjan over start nieuw zaden- en waterproject